Wat is een bestemmingsplan?

In alle gemeenten in Nederland gelden bestemmingsplannen of beheersverordeningen. In een bestemmingsplan of beheersverordening legt de gemeente definitieve bestemmingen van alle gronden en gebouwen vast.

Het geeft regels, rechten en plichten voor onder andere huizen, straten, winkels en industriegebieden. Ook is vastgelegd of bijvoorbeeld uw woning mag worden uitgebreid en of in uw tuin een berging mag worden gebouwd. En zo ja, tot welke omvang. Niet alleen inwoners, bedrijven en instellingen, maar ook de gemeente zelf is aan een bestemmingsplan gebonden.

Als een bouwplan niet in het bestemmingsplan past, kan de gemeente onder bepaalde voorwaarden afwijken of een bestemmingsplanherziening in procedure brengen. Diverse aspecten op het gebied van stedenbouw, milieu en planologie spelen hierbij een belangrijke rol. Een bestemmingsplan of afwijking hiervan moet ook passen binnen de landelijke wet- en regelgeving en provinciaal beleid.

Hoe ziet een bestemmingsplan eruit?

Een bestemmingsplan bestaat uit:

  • toelichting
  • regels
  • verbeelding (plankaart)

In de toelichting wordt eerst beschreven wat de bestaande situatie is en wat de gemeente van plan is met het gebied. Vervolgens wordt gemotiveerd waarom deze veranderingen mogelijk en wenselijk zijn (op het gebied van milieu, stedenbouw, planologie, economie, beleid en duurzaamheid) en hoe de nieuwe situatie in de regels en de verbeelding is opgenomen.

In de regels staat bij iedere bestemming wat wel en niet is toegestaan. Dit gaat zowel over de bouwmogelijkheden als het gebruik van de grond.

De verbeelding is een plattegrond van het plangebied waarin met kleuren en afkortingen wordt aangegeven waar welke bestemming geldt.

Wat is de procedure van een nieuw bestemmingsplan?

Als een bestemmingsplan in procedure is, kan deze op twee momenten door iedereen worden ingezien en bestaat de mogelijkheid om hierop te reageren (zienswijzen en beroep). In de volgende paragrafen wordt de procedure verder toegelicht.

College neemt startbesluit

Het college van burgemeester en wethouders neemt het besluit om een bestemmingsplan voor te bereiden voor een specifiek gebied. De kennisgeving van dit besluit wordt gepubliceerd in de Klaroen en op deze website onder het kopje 'In voorbereiding'.

Wettelijk vooroverleg

Het college stelt het conceptbestemmingsplan op. Daarbij wordt overlegd met andere instanties, zoals de provincie, het waterschap en de veiligheidsregio. Tijdens de periode van vooroverleg wordt het conceptplan opgestuurd naar alle wettelijke overlegpartners, die dan in de gelegenheid worden gesteld om een vooroverlegreactie in te dienen.

Ontwerpplan ter inzage

Nadat eventuele reacties uit het vooroverleg zijn verwerkt, ontstaat een ontwerpbestemmingsplan. Het college legt dit ontwerpbestemmingsplan zes weken ter inzage op het gemeentehuis en op ruimtelijkeplannen.nl. De terinzagelegging wordt aangekondigd in het huis-aan-huisblad. Tijdens deze zes weken heeft iedereen de gelegenheid bezwaren (de wet noemt dit zienswijzen) in te dienen. Dit kan door middel van een aan de gemeenteraad gerichte brief, waarin u duidelijk maakt wat uw zienswijze is en over welk bestemmingsplan de zienswijze gaat. Deze brief voorziet u van uw naam, adresgegevens, datum en handtekening. U kunt ook een afspraak maken om uw zienswijze mondeling in te dienen. Het is niet mogelijk om uw zienswijze telefonisch door te geven.

Gemeenteraad stelt plan vast

Het college verwerkt de binnengekomen zienswijzen en biedt het (mogelijk) aangepaste bestemmingsplan aan de gemeenteraad aan. De gemeenteraad beslist of het bestemmingsplan wel of niet wordt vastgesteld.

Vastgesteld plan ter inzage

Als het bestemmingsplan is vastgesteld, wordt deze zes weken ter inzage gelegd op het gemeentehuis en op ruimtelijkeplannen.nl. De terinzagelegging wordt aangekondigd in het huis-aan-huisblad. Tijdens de terinzagelegging kan door iedereen beroep bij de 'Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State' worden ingesteld. Belangrijk daarbij is het relativiteitsvereiste: degene die beroep indient, wordt zelf geraakt of betrokken door de gevolgen van het bestemmingsplan.

Als geen beroep wordt ingesteld, is het bestemmingsplan in werking en onherroepelijk op de dag na afloop van de beroepstermijn. Als wel beroep wordt ingesteld treedt het plan inwerking, tenzij een indiener van beroep om een 'voorlopige voorziening' heeft verzocht. In dat geval moet de Raad van State beslissen of de voorlopige voorziening wordt toegekend en de inwerkingtreding van het plan wordt uitgesteld tot de uitspraak op het beroep.

Beroep bij Raad van State

De Raad van State stuurt de gemeenteraad het beroepsschrift en de gemeenteraad dient bij de Raad van State een verweerschrift tegen het beroep in en stuurt alle relevante documenten op. Binnen twaalf maanden na binnenkomst van het beroepschrift moet de Raad van State uitspraak doen. Voorafgaand aan de uitspraak vindt een zitting plaats. De uitspraak komt meestal zes weken na de zitting.

Plan is onherroepelijk

Zodra de Raad van State uitspraak heeft gedaan over het beroep, is het bestemmingsplan onherroepelijk (definitief). De Raad van State kan besluiten dat (een deel van) het bestemmingsplan niet goed is en het vaststellingsbesluit (deels) wordt vernietigd. In dat geval moet de gemeenteraad het besluit repareren. Als het bestemmingsplan onherroepelijk is, is het niet meer mogelijk om bezwaar of beroep tegen het bestemmingsplan in te dienen.